Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ook alles, wat Samuel, [34]de ziener, geheiligd had, en Saul, de zoon van Kis, en Abner, de zoon van Ner, en Joab, de zoon van Zeruja; al wat [iemand] geheiligd had, was onder de hand van Selomith en zijn broederen. 34. Zie 1 Sam.9:9.